We hoeven niet te weten wie je bent!

We willen alleen maar weten hoeveel mensen onze website bezoeken. Maar als je wilt kun je dat weigeren.
Lees hier meer over onze cookies.

‘Lichamelijke gezondheid en leefstijl moet vast onderdeel worden van de ggz’

GILL sluit gat tussen somatische en psychische gezondheid

Wie in de ggz belandt, krijgt steun voor de psychische klachten. Wie fysieke klachten heeft, wordt naar een arts of ziekenhuis gestuurd. Maar dat die twee invloed hebben op elkaar, daar is weinig aandacht voor. Daar moet GILL - Gezond in Lichaam en Leefstijl - verandering in brengen.

Aandacht voor de lichamelijke gezondheid en een goede leefstijl, dat is waar GILL om draait, vertelt Sonja van Hamersveld. Zij is één van de initiatoren van de tool Gezond in Lichaam en Leefstijl, die de vorm heeft van een ehealthmodule. “Het instrument helpt om te onderzoeken hoe het is gesteld met je lichamelijke gezondheid. Wat kan jij doen om je mentale en fysieke gezondheid te verbeteren? Vervolgens krijg je handvatten aangereikt om daar werk van te maken.” Van Hamersveld richtte zich tijdens haar opleiding Verpleegkundig Specialist op het verbeteren van de leefstijl. Daarna zette ze Charly Green op, een bedrijf dat organisaties begeleidt bij de implementatie van een gezondere leefstijl.

screenshot uit de gill-module

Leefstijl is een populair woord geworden. Zelfs de minister heeft geld uitgetrokken voor projecten die onze leefstijl verbeteren. Maar lang niet iedereen weet hoe dat aan te pakken. “GILL laat zien waar je wel zelf invloed op kan uitoefenen”, aldus Van Hamersveld. Aan de ene kant zijn dat tips als: drink minder koffie of ga vroeger naar bed. Maar het geeft ook inzicht in bijvoorbeeld je bloedwaarden. “Daar kunnen mensen nog wel eens van schrikken.”

Leefstijl is een populair thema; zelfs de minister heeft er geld voor uitgetrokken

Somatiek en psychiatrie: gescheiden werelden

De aandacht voor de somatiek in de GGZ is lang onderbelicht geweest, en dat is nog steeds zo, vertelt mede-initiator Berno van Meijel, lector en bijzonder hoogleraar GGZ-verpleegkunde bij hogeschool InHolland en het Amsterdam UMC. “Het zit in ons systeem om dingen gescheiden te organiseren. Psychiatrische zorg en somatiek, iedereen deed zijn eigen taak. Ook in de hoofden van mensen zijn het gescheiden werelden.” Dit levert veel nadelige gevolgen op, vertelt de hoogleraar. “GGZ-cliënten hebben een (sterk) verhoogd risico op uiteenlopende somatische aandoeningen, dus er is genoeg aanleiding om de twee werelden wel aan elkaar te verbinden. Aandacht voor psychische problemen bij somatische aandoeningen, evenals aandacht voor somatiek bij psychische aandoeningen.”

Er is zoveel samenhang tussen somatiek en psychiatrie. Laten we daar echt iets mee doen.

Mensen die een beroerte hebben gehad, hebben een verhoogde kans op stemmingsproblemen, evenals mensen met hartfalen, aldus Van Meijel. “En mensen met psychotische stoornissen hebben een verhoogde kans op bijvoorbeeld cardiovasculaire aandoeningen. Om nu echt iets te doen aan deze samenhang tussen somatiek en psychiatrie is een volgende stap.” De processen om die twee werelden bij elkaar te brengen verlopen geleidelijk.

foto berno van meijel

Berno van Meijel

Leefstijl in beeld

De module Gezond in Lichaam en Leefstijl (GILL) wordt gebruikt door de cliënt en diens hulpverleners. In afzonderlijke onderdelen worden aspecten van de gezondheid en leefstijl beschreven en wordt er een vragenlijst ingevuld. Het gaat in deze vragenlijst ‘Leefstijl in Beeld’ om zaken als gezondheidsklachten, de bloeddruk, het gewicht, bijwerkingen en medicatie en over slaap. Deze vragenlijst werd door Van Hamersveld ontwikkeld.

Maar er zijn ook verdiepende vragen die meer gaan over leefstijlgedrag, zoals tanden poetsen, hygiëne, hoeveel je zit op een dag, hoe je eetpatroon eruitziet en hoeveel je sport. Het doel is om cliënten een spiegel voor te houden en uit te dagen om hun leefstijl, daar waar ze die anders wensen, te veranderen.

De cliënt kan aan de hand van stoplichten zien of er iets te verbeteren is. Rood laat zien dat er duidelijke gezondheidsrisico’s of problemen bestaan, en er dus winst te halen is. Oranje betekent gevaar voor toekomstig risico, en de kleur groen duidt op een goed gezondheids- of leefstijlaspect. De inhoud van GILL is getoetst aan de inhoud van bestaande multidisciplinaire richtlijnen op het gebied van somatische screening en leefstijl.

Inzichten in gewoonten

Ook Digna van der Kellen maakte een vragenlijst voor haar onderzoek naar bijwerkingen en klachten van antipsychotica. “Er was destijds, in 2009, geen instrument of interventie die alle klachten als gevolg van gebruik van antipsychotica in beeld kon brengen. Daarom ontwikkelde ik de Verpleegkundige Monitoring bij Gebruik van Antipsychotica (VMGA).”

Foto van Digna van der Kellen

Digna van der Kellen

Inmiddels is het instrument aangepast en breder inzetbaar geworden. Hierdoor kan het ook ingezet worden als er andere medicijnen zijn voorgeschreven bij psychische problemen of klachten. Ook mensen met ernstige psychische aandoeningen zonder medicatie kunnen met het instrument aan de slag, dat nu VMSL (Verpleegkundige monitoring bij somatiek en leefstijl) -GGZ heet. Zowel Leefstijl in Beeld als de VMSL-GGZ zijn geïntegreerd in GILL.

Gestructureerd aan de slag

Met Leefstijl in beeld en de VMSL-GGZ hebben Van Hamersveld, Van Meijel en Van der Kellen een groot project opgezet, mogelijk gemaakt door InHolland, om een somatische screening en leefstijlinterventies te implementeren in de ggz. “We wilden verpleegkundig specialisten en verpleegkundigen daar een centrale rol in laten spelen. De eerste implementatie verliep tamelijk moeizaam”, aldus Van Meijel. “Het merendeel van de professionals was er niet klaar voor om er gestructureerd mee aan de slag te gaan. Organisaties zelf ook niet. Ook merkten we dat de interventie zelf doorontwikkeld moest worden om deze toegankelijker te maken voor professionals en cliënten”.

"Professionals moeten meer aandacht hebben voor de somatiek en leefstijl van een cliënt"

Met een subsidie van MIND konden ze aan de slag met een doorontwikkeling. Daar is GILL uit voortgekomen. “Professionals moeten meer aandacht hebben voor de somatiek en leefstijl van een cliënt”, vindt Van Meijel. “Dan kunnen betere en praktisch toepasbare instrumenten, zoals GILL, van waarde zijn.” Minddistrict heeft de ehealth-tool technisch ontwikkeld, met mooie animaties, plannen, en te volgen in de mobiele app. Zo is het ook voor cliënten aantrekkelijk om te volgen.

Meer aandacht voor somatiek

Van Meijel vindt dat er een andere oriëntatie moet komen. “De somatiek was een bijzaak, de invulling was vrijblijvend. Er komt steeds meer een norm waarbij het een regulier onderdeel van de zorg is.” Wat Van der Kellen vooral hoopt te bereiken is dat GILL breed in de GGZ gebruikt zal gaan worden, door zowel de hulpverlener als de cliënt. “En dat er aandacht komt voor de opvolging. Vaak wordt er wel een screening gedaan, maar is er geen opvolging.”

"We moeten niet over cliënten beslissen, maar hen zelf keuzes laten maken over het werken aan gezondheid en motiveren."

Er kunnen allerlei afwijkingen worden vastgesteld waarbij verdere behandeling toch uitblijft. Of het kan zijn dat de medicatie niet goed wordt ingenomen, wat een doel oplevert voor de huisarts of het behandelteam. “Daar moet iemand mee aan de slag gaan”, vindt Van der Kellen. Ook de hoogleraar hoopt dat er meer wordt ingezet op preventie. “De fundamentele oorzaken worden niet aangepakt.”

Zelfmanagement bevorderen

Over de opvolging is bij het maken van GILL wel nagedacht. Het instrument heeft ook tot doel het zelfmanagement van de cliënt te bevorderen, passend naar de vermogens van de cliënt. Verpleegkundigen kunnen hier goede ondersteuning bij bieden. “Cliënten laten inzien wat de relatie is tot hun herstel en gezondheid en uitgedaagd worden zelf ook gezonde stappen te gaan zetten. Er is veel te winnen in het vergroten van de intrinsieke motivatie zodat de cliënt in actie komt en blijft”, aldus Van Hamersveld.

Foto van Sonja van Hamersveld

Sonja van Hamersveld

Ook Van Meijel benadrukt dat GILL vooral de tools wil aanreiken om het zelfmanagement van de cliënt te bevorderen. “We moeten niet over hen beslissen, maar hen zelf keuzes laten maken om hun eigen gezondheid te bevorderen. Daar zetten we op in. Het bevorderen van de motivatie voor gezonder leefstijlgedrag is erg belangrijk. Gedrag verandert alleen als je er de voordelen van ziet en er plezier in hebt.”

"Elke cliënt een leefstijlplan"

We moeten de hele ggz bereiken, elke cliënt moet straks een leefstijlplan hebben, vindt Van Hamersveld. “Het moet onderdeel zijn van de behandelingen en een plek krijgen in het behandelplan.” Daarnaast ziet ze dat het onderwerp zich verder ontwikkelt. “Organisaties richten projectgroepen in die bezig zijn met verbetermogelijkheden. Teams die getraind worden om zich meer bewust te laten worden van de impact fysieke gezondheid en leefstijl op de behandeling en zelf mee laten denken over verbetermogelijkheden. Voor structurele oplossingen worden leefstijlpoli’s ingericht en verpleegkundigen getraind om samen meer te focussen op leefstijl. Wij zien mooie voorbeelden in het land.”


Onderzoek naar effectiviteit

Momenteel onderzoeken Amsterdam UMC (locatie VUmc), Hogeschool Inholland en de Vrije Universiteit Amsterdam de effectiviteit van de GILL-interventie. Voor deze studie zijn de onderzoekers nog op zoek naar FACT-teams, teams in beschermde woonvoorzieningen en klinische afdelingen voor langdurige zorg. Wil jij met je team ook meedoen?

Lees meer over de GILL-studie en hoe je je kunt aanmelden.


Leefstijlaanpassingen brengen al verschil

De komende jaren kunnen we goede slagen in leefstijl maken, denkt Van Meijel. “Veel GGZ-instellingen gaan er zelf ook meer prioriteit aan geven en gaan projecten opzetten. En er zal meer onderzoek komen op dit gebied. Vanuit de wetenschap is er voldoende evidentie voor de gezondheidsachterstand van cliënten met een psychiatrische aandoening. Het onderwerp leeft echt wel”, aldus Van Meijel.

Cliënten met hoge risico’s op somatische klachten zijn volgens de hoogleraar de eerste prioriteit. “Mensen met een ernstige psychische aandoening die langdurig van zorg afhankelijk zijn. Als we ons op die groep richten, kan dat echt van meerwaarde zijn.”

"GILL past uitstekend in het denken en werken vanuit preventie"

De nieuwe generatie verpleegkundigen is al meer met deze thema’s bezig”, ziet Van Meijel. “Zij doen al meer met gezondheid en vitaal blijven. Ik heb veel vertrouwen in de jonge generatie die anders denkt over gezondheid en ziekte. Zij worden meer geschoold in het denken vanuit preventie. GILL past hier uitstekend in.”

Het vereist volgens Van Meijel een andere cultuur waarbij organisaties, hulpverleners en cliënten effectief samenwerken aan een betere fysieke gezondheid. “Niet alleen van de cliënten, maar ook de hulpverleners. Er samen werk van maken, dat werkt motiverend en zal goede resultaten opleveren.”

Meer weten?

Lees verder over leefstijl in dit artikel over de gecombineerde leefstijlinsterventie (GLI)

Lees verder over de GILL in onze catalogus. Zelf ook gebruik maken van GILL? Of vragen over de ontwikkeling? Neem contact op.